V 87 – Ruiter te paard

verblijfplaats onbekend

1930

foto: Artnet

mahoniehout, 43 cm

Voor het mahoniehouten beeld ‘Ruiter te paard’ volgde Hildo Krop dezelfde werkwijze als voor zijn in steen gehakte beelden. Eerst maakte hij een kleimodel die hij vervolgens in gips afgoot. Aan de hand van dit gipsmodel ging hij met behulp van een punteerinstrument het beeld in hout snijden.

Op het hoogste punt van deze gipsen studie, boven op het hoofd van de ruiter, is een ‘knobbel’ te zien. Dit punt is het primaire coördinatiepunt voor het punteerinstrument van waaruit alle metingen en afstanden worden bepaald voor het overbrenging van de vaste maten van het gips op het uiteindelijke materiaal zoals hier in hout. Het punteerinstrument wordt steeds overgezet van gips naar hout en weer terug om de maten over te nemen en te controleren. Op basis van de metingen kan het houtenblok vervolgens worden bewerkt met de beitel.

punteerinstrument

Het gipsen model is aanwezig in de collectie van het Hildo Krop Museum. Waar het mahoniehouten beeld uiteindelijk is terecht gekomen is onbekend.