Tag archieven: koude oorlog

Mo 42 – Monument voor de onbekende politieke gevangene, Steenwijk

Hildo Krop Museum, Steenwijk

1952

maquette monument voor de onbekende politieke gevangene - foto: lagerweij-polak
maquette monument voor de onbekende politieke gevangene – foto: lagerweij-polak



freedom of religion - wandelende jood - gips - foto: loek van vlerken 28.08.2017
Freedom of Religion 
freedom of fear - man met kind - gips - foto: loek van vlerken 28.08.2017
Freedom of Fear
freedom of speech - vrouw aan martelpaal - gips - foto: loek van vlerken 28.08.2017
Freedom of Speech
politieke gevangene - gips (voorzijde) - foto: loek van vlerken 28.08.2017

Politieke gevangene (voorzijde)
politieke gevangene - gips - (achterzijde) - foto: loek van vlerken 28.08.2017
Politieke gevangene (achterzijde)

Sokkel waarop vijf pijlers, de continenten die een aardbol dragen, waaraan vijf twijgen ontspruiten, bekroond met een zittend vrouwfiguur; ‘Moeder Aarde’
1. Freedom of fear
2. Freedom of religion
3. Freedom of speech
4. Freedom of want
5. Geknield liggende, geboeide man: ‘het symbool van de politieke gevangene’

De aardbol en figuren gedacht in brons, de rest in natuursteen.
Het geheel is een omwerking van het niet uitgevoerde Churchill-monument (Mo 37) uit 1949, waarbij ‘Het herstel van het land’ is vervangen door ‘het symbool van de politieke gevangene’.
Niet uitgevoerd.

In 1951 werd een internationale prijsvraag voor een ‘Monument voor de Onbekende Politieke Gevangene’ uitgeschreven door het Institute of Contemporary Arts in Londen. Voor dit concours werkte Hildo Krop zijn Churchill-monument om met handhaving van de vier deviezen van het Atlantic Charter, maar in plaats van het onderdeel ‘Herstel van het Land’ kwam als symbool van de politieke gevangene een geknield liggende, geboeide man. Het standbeeld van Churchill werd vervangen door een wereldbol, waarop een Moeder Aarde rust.
Krop maakte van enkele beelden, Wandelende Jood, vrouw met kind (werd man met kind) en vrouw aan martelpaal, nieuwe schetsen in gips. Op de voet van het nieuw ontworpen beeld van de geboeide man staat een inscriptie in het Latijn:
SI FRACTUS ILLABATUR ORBIS, IMPAVIDUM FERIENT RUINAE
(indien het hemelgewelf breekt en instort, dan zullen de brokstukken hem, onverschrokken, treffen). Deze gipsen schetsen bevinden zich in het Hildo Krop Museum te Steenwijk.

De verschillende ingezonden ontwerpen werden in december 1952 in Antwerpen en in maart/april 1953 in Londen tentoongesteld. In het voorwoord van de tentoonstellingscatalogus stond dat het monument van de onbekende politieke gevangene een eerbetoon was aan die mensen die onder verschillende politieke systemen het gewaagd hadden hun vrijheid en hun leven te offeren voor de zaak van de menselijke vrijheid. In essentie ging het erom dat het gedenkteken zowel de slachtoffers van de Duitse concentratie- en vernietigingskampen diende te herdenken als die van de politieke zuiveringen onder Stalin in de voormalige Sovjet Unie. De realisering van het monument ging uiteindelijk niet door. De Koude Oorlog speelde hierbij een belangrijke rol.  Officieel heette het dat de geldschieter zich had teruggetrokken. De echte reden waarom het gedenkteken er niet is gekomen heeft te maken met het feit dat na de dood van Stalin in 1953, de eerste naoorlogse topconferentie tussen Oost en West plaats vond. Op deze conferentie stond de toekomst van Berlijn hoog op de agenda. Het monument kon door het Kremlin worden opgevat als provocatie en dat zou de ontspanningspolitiek bemoeilijken. De plannen voor het monument werden daarom in de ijskast gestopt.

In 1960 werd besloten de oprichting van het monument definitief niet te laten doorgaan.

bron: Voormalige concentratiekampen, Roel Hijink, 2011