Tag archieven: gelder h.van

B 61c – Op ten Noort – uitbreiding Scheepvaarthuis – Amsterdam

Buiten Bantammerstraat, Amsterdam

1926

Naast de versieringen van de uitbreiding van het Scheepvaarthuis (zie: B 61) in 1926/28 waarvan vast staat dat ze van Hildo Krop zijn, bestaan er aan de Buiten Bantammerstraat enkele werken die niet in de oeuvrecatalogus van Lagerweij-Polak staan, maar wel tot het oeuvre van Krop behoren.

In het Cultureel Supplement van de NRC 04.06.2020 vertelt Louise de Blécourt, conservator van Grand Hotel Amrâth Amsterdam (het voormalige Scheepvaarthuis), dat zij aanwijzingen vond in de kasboeken van architect Joan van der Meij, die in het begin van de vorige eeuw de leiding had over de bouw van het Scheepvaarthuis. In die kasboeken was onder meer een overzicht te vinden van ‘beeldhouwwerk, kunstsmeedwerk, loodversieringen etc. aan de gevels. Daarbij stond naast de beschrijving van de afbeelding ook de kunstenaar die daar verantwoordelijk voor was. Eén initiaal was genoeg om de maker te identificeren. Als er achter een kunstwerk de letter ‘K’ stond, betekende dat: Hildo Krop.
Zo staat er in dit kasboek bijvoorbeeld dat ook het statige standbeeld, uitgevoerd in lood, van L.D.P. Op ten Noort, een van de zes reders die het Scheepvaarthuis liet bouwen, genoemd als een werk vervaardigd door Hildo Krop.

Andere werken van Krop aan het Scheepvaarthuis die niet voorkomen in Lagerweij-Polak: zie B3a, B61a, B61b

bron: NRC, Cultureel Supplement, Henk van Gelder, 04.06.2020

B 61b – Leeuw en schilddragers – uitbreiding Scheepvaarthuis – Amsterdam

Buiten Bantammerstraat, Amsterdam

1926

Naast de versieringen van de uitbreiding van het Scheepvaarthuis (zie: B 61) in 1926/28 waarvan vast staat dat ze van Hildo Krop zijn, bestaan er aan de Buiten Bantammerstraat enkele werken die niet in de oeuvrecatalogus van Lagerweij-Polak staan, maar wel tot het oeuvre van Krop behoren.

In het Cultureel Supplement van de NRC 04.06.2020 vertelt Louise de Blécourt, conservator van Grand Hotel Amrâth Amsterdam (het voormalige Scheepvaarthuis), dat zij aanwijzingen vond in de kasboeken van architect Joan van der Meij, die in het begin van de vorige eeuw de leiding had over de bouw van het Scheepvaarthuis. In die kasboeken was onder meer een overzicht te vinden van ‘beeldhouwwerk, kunstsmeedwerk, loodversieringen etc. aan de gevels. Daarbij stond naast de beschrijving van de afbeelding ook de kunstenaar die daar verantwoordelijk voor was. Eén initiaal was genoeg om de maker te identificeren. Als er achter een kunstwerk de letter ‘K’ stond, betekende dat: Hildo Krop.
Zo staat er in dit kasboek bijvoorbeeld: ‘b.Holl.Leeuw in tuin’, gevolgd door enkele technische bijzonderheden en een ‘K’. Duidelijk is dat het hier gaat om de top van de gevel aan de Buiten Bantammerstraat. Van de schilddragers had Krop in het zelfde jaar een vergelijkbaar figuur gemaakt: de ridder boven de poort van de nieuwe vleugel van het raadhuis aan de Oudezijds Voorburgwal (zie B38).
Fraai is ook de leeuw die plaats heeft genomen in het kraaiennest, het tenenwilgen mandje boven in de nok van de hoogste scheepsmast.

Andere werken van Krop aan het Scheepvaarthuis die niet voorkomen in Lagerweij-Polak: zie B3a, B61a, B61c

bron: NRC, Cultureel Supplement, Henk van Gelder, 04.06.2020